Je ziet ze tegenwoordig overal en het zijn altijd mannen. De Spugers. Vroeger zag je ze volgens mij alleen tijdens voetbalwedstrijden op televisie. Na een mooie pass of een geslaagde dribbel vloog er een fluim uit de mond van de speler. Onwillekeurig moet ik bij die voetballers steeds denken aan een hondje. Het hondje van meneer Pavlov. Dat hondje begon hevig te kwijlen als hij een belletje hoorde. Dat kwam omdat zijn baasje hem had geleerd, dat hij iets lekkers kreeg na het horen van dat belletje. Blijkbaar leren de trainers de jongens op het veld ook dat zij iets lekkers krijgen na een geslaagde actie. Ze lopen in ieder geval voortdurend met te veel spuug in hun mond dat ze dringend kwijt moeten. Ik krijg ook wel eens iets lekkers, maar is spuug nooit. Ja, als ik op de fiets zit en er zo’n klein pestvliegje in mijn mond vliegt, dan probeer ik hem uit mijn keel te rochelen. Het lukt mij echter nooit om zo’n mooie egale fluim te produceren. Al pedalerend draai ik mijn hoofd opzij en spuug het te veel aan speeksel met grote kracht van mij af. Het resultaat is steevast een lange sliert slijm die langs mijn wang wappert en zich uiteindelijk op mijn schouder nestelt. Oh, wat zou ik op zo’n moment graag een voetballer zijn. Al was het alleen maar om de techniek van het spugen te beheersen. Blijkbaar probeert tegenwoordig de halve mannelijke bevolking in Nederland een beetje op een profvoetballer te lijken. Massaal wordt het spuuggedrag van de voetbalvelden gekopieerd in het Nederlandse straatleven. In de winkelstraten zie ik mannen voortdurend de straat bevochtigen. Zou de vrouw hem net iets lekkers beloofd hebben, als hij het nog even volhoudt, denk ik dan. Op de perrons van trein en metro zie ik jonge mannen voortdurend spugen. Zouden zij aan hun meisje denken, dat thuis klaar zit om hen eens lekker te verwennen? Als ik naar huis ga is mijn vrouw meestal thuis en heel vaak heeft zij ook iets lekkers voor mij gekookt. Toch voel ik nooit de aandrang om al op het perron blijk te geven van mijn gevoelens. Als het water mij al in de mond loopt bij de gedachte aan dat heerlijke prakkie, dan slik ik het gewoon weer in. Ik vind het een vreemd fenomeen. Spugende mannen.