Ga je mee.. naar Rotterdam aan Zee?

Kkkkkoud hè, deze dagen?
Over een week of vijf is het al weer mei-vakantie. Met kRoninginnedag en mijn verjaardag, 4 en 5 mei… moederdag. Ik denk dan aan groen gras en vogelnestjes.. bloemen en lekker in de tuin zitten.
Met een vestje naar buiten…
Niks wat er nu op lijkt, voorjaar.

Ik kan me ook wel zomers herinneren die meer herfst waren. Nat en koud.

Eén zomervakantie herinner ik me nog als de dag van gisteren. En dat was geen sweet summer, meer een nachtmerrie.
Het was de zomer dat ik met mijn middelste zus op dag-kamp werd gestuurd, verbannen is een beter woord ervoor. Hans en Grietje hadden het beter, verlaten in het bos. Het enige leuke van het kamp was dat we elke avond weer naar huis mochten.

Het was een dag-kamp in Hoek van Holland. Vakantie aan zee.
Het begon al midden in de nacht..
Om ZEVEN uur, ja, u leest het goed, 07:00u stipt, kwam de touringcar.
Die stond dan bij de Max Planckplaats/Zernike te wachten op de uitgelaten kindertjes voor een dagje regen, zee, strand en wind.
De bus reed naar de kampplaats, wat inhield: een wc-hok en twee overdekte houten eetplaatsen, met lange tafels en banken.

Daar werden mijn zus en ik uit elkaar gehaald, qua leeftijd konden we niet in dezelfde groep. GEEN uitzonderingen!
Dan gingen de twee groepen uiteen.
Tas mee en wandelen. Richting strand, via de andere kant van de wereld. Door het Staelduinse bos.. langs de snoepkraam, waar we centjes voor hadden meegekregen, maar waar we niet mochten stoppen van de leiding…
Hans en Grietje hadden tenminste nog een huisje waar ze van konden snoepen!
In mijn herinnering stond de snoepkraam ongeveer bij het NS station ‘strand’.

Zoals ik al zei: regen, zee en strand. En wind.
Eindelijk waren we op het strand.
We werden verplicht te water gelaten.
Ik ben -en was al heel jong- een fervente en goede zwemmer. Op vakanties was ik niet uit zee en zwembad te krijgen. Je herkende mij aan de gerimpelde tenen en vingers… In die tijd had ik, denk ik, geen vingerafdrukken.

In Hoek van Holland wilde ik niet zwemmen. Kwallen, sterke onderstroom en zeewater waar je bijna op kon schaatsen zo koud.
Maar ik moést, van de leiding. Leiding die, uiteraard, niet mee zwom. Die moesten op onze spullen passen, jaja…
Dus.. ik zwemmen. Op dag één, op dag twee en op dag drie, tot er een grote rubberboot over mij heen voer. En voer en voer. En benauwd dat ik het had.
En niemand die het zag.
Ik ben het water uitgegaan en heb me afgedroogd en omgekleed.
Toen de zwem activiteit was afgelopen, zijn we terug naar de kampplaats gegaan. Voor de meegebrachte lunch.
Mijn zus aan de andere tafel, ik bij de vreemde kinderen.
Wat we ‘s middags deden is me totaal ontgaan.
De volgende dag heb ik mijn zwempak thuisgelaten. Expres. Bij thuiskomst werd mijn moeder daar over ingelicht. De verráders.

Ik vertelde haar dat het zwemmen onveilig en koud was.
Nu was ik vatbaar voor bronchitis, en altijd nogal op veiligheid gesteld, dus mijn moeder was het met me eens.
Ik kreeg zwemontzegging, in zoverre, dat wanneer ik het niet oké vond om te zwemmen, ik niet hoefde.
Dat scheelde een slok zeewater op een borrel.

In de laatste dagen was er nog een ‘ongelukkie’. Een jongen probeerde zijn blikje fris open te maken. We moesten daar namelijk alles zelf doen, er was geen hulp van de leiding. Eigenlijk alleen BEGEleiding.
Ik denk dat ik niet ouder was dan 10, mijn zus dus niet ouder dan 8.

Het jongetje schoot uit met het openen van zijn blikje, de metalen lipjes zaten toen nog niet vast aan het blikje, en sneed bij zijn buurjongetje aan tafel zijn oog er bijna uit.
Dit is niet overdreven, het was een gevalletje ambulance en niet meer teruggezien op kamp.

Ik heb nooit iemand gehoord over deze fantastische kindervakanties, wie weet is er iemand die dit leest en er ook is geweest.
Ik hoor graag hoe zij dat hebben ervaren.

En ehhh, na al die jaren, dankje mam, dat je me geloofde en voor me in de bres sprong!

Deel op:

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp