Moe maar voldaan wandel ik, na een dag hard werken naar mijn fiets. Het is altijd weer een vreugde om het oude trouwe beestje te zien staan. Ik werk wel in het centrum van Rotterdam, moet u weten. Een wereldstad waar ook vreemde types in de weer zijn met fietsen waarvan zij niet de rechtmatige eigenaar zijn. Mijn hand glijdt in mijn rechter broekzak en mijn vingers zoeken naar het fietssleuteltje. Niet te vinden! Ik krijg het warm en voel in mijn linker broekzak. Ook niet. Lichte paniek maakt zich van mij meester. Hoewel ik bijna zeker weet dat het zinloos is, onderwerp ik al mijn broekzakken en de zakken van mijn jas aan een grondige inspectie. Er komt van alles boven water: Snoeppapiertjes, een half pakje kauwgom, huissleutels, een mobieltje, maar geen fietssleutel. Wat nu? Kalm blijven Roon, denk ik bij mijzelf. Je hebt wel voor hetere vuren gestaan. In sneltreinvaart neem ik alle opties door. Terug naar mijn winkel. Misschien ligt het sleuteltje gewoon op mijn bureau. Het slot open breken. Maar heb ik daar dan het gereedschap voor? En gaat het mij sowieso lukken? Het is een degelijk slot en echt handig ben ik ook niet. Ik hoor mijn maag knorren, ik ben toe aan de avondmaaltijd. Als leider ben ik gewend om knopen door te hakken en besluit gewoon met het openbaar vervoer naar huis te gaan. Voordat ik naar het metrostation loop, kijk ik nog één keer goed naar mijn fiets en de plek waar hij staat. Kan ik hem zo een nachtje laten staan? Hij staat wel op slot. En dan ineens zie ik tot mijn stomme verbazing mijn fietssleutel. De hele dag heeft mijn fiets op slot gestaan met het sleuteltje in het slot. Midden in het centrum van Rotterdam. Is Rotterdam inmiddels de veiligste stad van Nederland of is mijn fiets zo oud en lelijk dat niemand er in geïnteresseerd is? Hoe het ook zij, het was een heerlijk ritje naar huis op mijn oude fietsje.